Zaterdag 1 september, een mooie nazomerdag op linkeroever. Het jaarlijkse Typosium, georganiseerd door Initiaal, gaat door in een zaaltje van het Mediahuis. Een 70-tal mensen komen samen om Arie, Joost en Gert aan het woord te horen. Woord, samen met beeld. De ene is drukker, de andere is illustrator en nog een andere is vormgever. Geen klein bier. Ze kennen hun vak, en ze houden er van.
Yep ze houden er van. Arie had economie gestudeerd en werd dan maar drukker. Joost had productdesign gedaan en werd illustrator. Gert was een illustrator en werd typograaf. Alle drie hebben ze hun sporen verdiend. Zonder een gedrevenheid, die doorgaans uit het hart komt, was dit niet gebeurd. Oké oké, je hebt wat geluk nodig, dat klopt. Maar toch, zonder een zekere passie houd je het niet vol en bereik je nooit zo’n niveau.
Arie Lenoir – mooie dingen maak je samen
Arie heeft een drukkerij en hij gelooft in samenwerking. Hij houdt ervan wanneer vormgevers, uitgevers, typografen, boekbinders, … betrokken zijn. Betrokken bij de keuze van het papier, bij de afmetingen van het boek, bij de gekozen technieken, bij de manier van afwerken… van begin tot einde. Wanneer de juiste mensen daarover praten, creëer je een mooi evenwicht tussen emotie en verstand, tussen wat wil je en wat is mogelijk (technisch en qua budget). Geen te hoge verwachtingen en een resultaat dat altijd goed is.
De helden van Arie liegen er niet om. Inspiratie ten top. Verschillende boekenparels passeerden de revue. Bram de Does met o.a. een heleboel ornamenten én zijn letters Trinitié en Lexicon. Wim Crouwel met o.a. zijn New alphabet en Irma Boom met haar experimentele boeken. Niet te doen, zo knap allemaal!
Joost Swarte – als illustrator ben je een verteller, wat ga je overdragen?
Joost is een held van velen, ook van mij, met een enorm repertoire. Zijn werk is doordacht en doorgaans met de klare lijn. “Ik werk traag, maar wel degelijk” zegt hij. Joost houdt van balans en van detail: “Elk element moet op zichzelf kunnen staan”.
Joost ziet een illustrator als een verteller. Daarom is analyse zo belangrijk. Vanuit welke invalshoek vertel je het verhaal en welke grafische middelen ga je gebruiken? Werk je digitaal of toch maar met pen en papier (daar houdt hij zo van). Voor The New Yorker maakt hij steevast schetsen vanuit verschillende oogpunten. De redactie beslist en hij werkt uit.
Swarte durft al eens typografisch te werken. Maar steeds moet het beeld kloppen. Hij verzint graag letters die bij het beeld horen en die het geheel compleet maken. Grafische vrijheid daarin is hem niet vreemd. ‘Zoals de uncialen’, zegt Joost, ‘die waren ook niet allemaal hetzelfde’. 😊
Joost heeft een nevenproject: Scratches. Een internationaal tijdschrift voor en over de illustrator. Meer weten? http://scratchesmagazine.com/
Walter Pauli in gesprek met Gert Dooreman – Typoboulemie en Daltonisme
Walter Pauli (opiniemaker voor o.a. De Morgen en Knack) ging in gesprek met Gert Dooreman. Gert Dooreman is ondermeer bekend van zijn typografisch sterke boekomslagen.
Gert startte in feite als illustrator, zo heeft hij gewerkt voor De Morgen, Playboy, De Standaard, … Dat ontging Tom Lanoye niet en hij wilde hem om zijn boeken te illustreren. Dat mondde uit in vormgeving, voornamelijk gebaseerd op krachtige typografie in een zeer sterke compositie.
De vormgeving van Dooreman is herkenbaar. Eenvoud en kracht zijn maar enkele eigenschappen van zijn ontwerpen. Dooreman kan als geen ander het juiste font kiezen voor die of die publicatie. ‘Ik kies afhankelijk van het onderwerp, uitstraling en het doelpubliek’, zegt hij, ‘daar begin ik mee.’ Dan volgt het ontwerp, waar minstens één spanningselement in zit. ‘Ik ben kleurenblind’, zegt Gert, ‘daarom dat ik het moet hebben van de opbouw en dat mijn kleuren soms verassend zijn. Het moet sowieso werken in zwart wit, de kleur wordt pas later toegevoegd.’
Samenwerken met illustratoren en fotografen is de max. Ze bepalen mee de look and feel van een ontwerp. Fotografen overstijgen sowieso de stockfotografie en illustratoren maken het veel persoonlijker, uniek.
Het is een spijtige zaak dat de boekenwereld klappen krijgt. Uitgeverijen hebben minder budget en van inspraak in papierkeuze, boekformaat of afwerking is bijna geen sprake meer. Daarnaast is het knokken voor een graficus om zijn ontwerp er door te krijgen. Alsof vormgeven kinderspel is, zo wordt de stoel van de vormgever al eens bestookt door een niet-vormgever.
Walter Pauli in gesprek met Arie Lenoir, Joost Swarte en Gert Dooreman
Afsluitend was er een panelgesprek, gemodereerd door Walter Pauli, over de rol van elke specialist in de gedrukte media. Over samenwerken en je eigen gebied bewaken maar toch ook vooruitzien. Ieders kennis is belangrijk om een zo goed mogelijk product te maken.
‘Bij The New Yorker hebben ze respect voor illustratoren’, zeg Joost, ‘Ze worden behandeld als auteurs die mee de inhoud bepalen.’ Zo hoort het ook.
Tussen Nederland en Vlaanderen is er wel wat verschil. Vlaanderen is bezig aan een inhaalbeweging, ook hier wint vorm aan belang, wat in Nederland al langer zo is.
Het draait ook dikwijls om details, compositie… Het is de taak van de specialist om de beste oplossing te zoeken, andermans oplossingen te bestuderen, te zoeken naar wat maakt iets ‘magisch’.
Initiaal
Initiaal bestaat voornamelijk uit alumni van het gerenomeerde Plantin Instituut voor typografie – aka het Plantin Genootschap, de posthogeschoolvorming voor typografie en vormgeving. Ze richten elk jaar een typosium in. Vroeger ging dit door in de leslokalen van het genootschap, af en toe maken ze de overstap naar een ruimere locatie.
Ik kan de lessen van het Plantin Genootschap alleen maar aanraden, alsook het typosium.
Interesse?
http://www.initiaal.be/
http://www.plantininstituut.be/
Beste Stan, een beeldend verslag dat eer doet aan deze interessante (en leerzame) bijeenkomst met waarachtige kanjers in hun vak.
Kunnen de dag nog even terugspoelen en na-genieten, dankzij u.